In België worden elke maand zo’n 2.000 drones verkocht. Deze onbemande luchtvaartuigen worden ook steeds vaker ingezet voor commerciële doeleinden. In totaal zijn er vandaag in ons land al ruim 2300 grote drones geregistreerd. Het toenemende droneverkeer brengt echter nieuwe risico’s met zich mee. Wat als mijn drone crasht? Of erger, als hij schade aanricht aan derden? En hoe kunnen we ons beschermen tegen drones-eigenaars met slechte bedoelingen. Antwoorden op die vragen kregen de bezoekers van het exchange-event op 23 mei in DronePort, georganiseerd door BELRIM en Vanbreda.
Momenteel heeft elk land zijn eigen regels voor onbemande luchtvaart, om de veiligheid in het luchtruim te bewaken. Vanaf eind juni 2020 zal er een uniforme Europese wetgeving in voege treden, die vandaag definitief werd aanvaard door de Europese commissie. Die kwam Mark Vanlook, Voorzitter van de Vlaamse dronecluster EUKA, kort toelichten.
Nieuwe Europese wetgeving
“Er komen 3 categorieën van vluchten: de open, de specifieke en de gecertificeerde categorie. Vooral voor de open categorie, nu de recreatieve dronevliegers, gaat er veel veranderen”, weet Vanlook. Binnenkort moet namelijk elke drone zwaarder dan 250 gram of met een camera aan boord een unieke ID hebben, zodat hij snel geïdentificeerd kan worden door de ordediensten. Voor eigenaars van drones die meer dan 900 gram wegen, komt er een verplicht dronebrevet dat te bekomen is na een theorie-opleiding en examen.
Veilig vliegen in risicozones
Deze regels zijn nodig, want elke vlucht brengt bepaalde risico’s met zich mee. Michiel Scharpé kwam vertellen hoe zijn bedrijf Trinova andere bedrijven helpt bij het uitvoeren van luchtinspecties en het onderzoeken van complexe locaties zoals gevoelige industriële installaties of dichtbevolkte gebieden. In zulke omgevingen schuilen veel gevaren zoals bijvoorbeeld rukwinden, laagvliegende vogels, helikopters, beperkte landingsmogelijkheden, vrijkomende gassen, nauwe doorgangen en weinig ruimte om te vliegen.
Inspecties met drones zijn in principe veiliger, preciezer en sneller, op voorwaarde dat tijdens het vliegen steeds de ‘flight envelope’ van de drone en de wetgeving gerespecteerd wordt. Dat is volgens het bedrijf de basis voor veilige drone-operaties. “Het gebruik van een D-RTK is ook niet onbelangrijk. Dat is een high-precision positioneringsysteem en zorgt voor een ultra-accurate, centimetergevoelige 3D-positionering. Zeker voor industriële en wetenschappelijke toepassingen is dit een must”, besluit Scharpé.
Drones veilig neerhalen
Regels zijn pas zinvol als ze gerespecteerd worden natuurlijk. Maar wat als niet iedereen het zo nauw neemt met de nieuwe regeltjes, opgelegd door Europa? BATS, Belgian Advanced Technology Systems, ontwikkelde een radarsysteem dat drones binnen een straal van 5 km kan detecteren, jammen en neerhalen. Een jammer neemt in een bepaalde zone alle communicatiesignalen weg, van radiocontact tot wifi en gps. Dan komt een take-oversysteem in actie dat alle communicatie overneemt en de drone op een veilige locatie laat landen.
Zulke systemen worden al langer gebruikt in militaire toepassingen. Maar drones zullen ook meer en meer voor commerciële toepassingen ingezet worden en het aantal onbemande vliegende toestellen zal significant stijgen. Zulke systemen worden volgens de radarbouwer daarom onmisbaar. Niet alleen om kwaadaardige drones uit te schakelen, maar ook om het luchtruim rond bijvoorbeeld luchthavens, events en andere risicozones te beschermen en dramatische ongevallen te voorkomen. Het mobiele systeem kan bijvoorbeeld ingebouwd worden in een busje en moet op termijn ook de verzekeringsmaatschappijen miljoenen euros besparen.
DJI implementeert vliegtuigscanner
Ook de ontwikkelaars van drones nemen zelf maatregelen om de veiligheid te optimaliseren. Zo kondigde DJI vandaag aan dat het vanaf 2020 alle drones zwaarder dan 250 gram standaard gaat uitrusten met het AirSense waarschuwingssysteem (video). Die technologie ontvangt ADS-B-signalen van vliegtuigen en helikopters in de buurt en waarschuwt de dronepiloten in het geval dat ze te dichtbij zouden vliegen.
DJI leidt naar eigen zeggen in de drone-industrie de ontwikkeling van veiligheidstechnologie. “We zetten die traditie voort door hogere verwachtingen te stellen voor onszelf, onze concurrenten en toezichthouders,” zegt Brendan Schulman, DJI Vice President voor Policy & Legal Affairs.” DJI was het eerste bedrijf dat geofencing, automatische hoogtebeperkingen, return-to-home-technologie en andere veiligheidsvoorzieningen aan de groeiende gemeenschap van persoonlijke en professionele dronepiloten aanbood.
Wat als het toch fout loopt?
Ongevallen met drones zijn vaak een twistpunt bij verzekeringsmaatschappijen. Wat veel drone-eigenaars niet weten, is dat luchtvaartactiviteiten meestal worden uitgesloten door de familiale verzekering. Als een drone schade veroorzaakt aan derden, kan dat voor de eigenaar dus vergaande gevolgen hebben. Daarom is er nood een specifiek verzekeringsaanbod. Vanbreda ontwikkelde een ‘Infinity Program’, een pakket dat alle risico’s dekt die drones met zich meebrengen.
In zo’n pakket zitten verschillende soorten van bescherming”, legt Koen Bauwens van Vanbreda uit. “In eerste instantie is er de bescherming van de ‘hull’, de hardware zeg maar. Die dekt de eigen schade van de drone in geval van een botsing, diefstal of andere beschadigingen. De premie is in dat geval vooral afhankelijk van de waarde van het toestel, de docking en/of de payload. Er wordt ook rekening gehouden met andere veiligheidsmaatregelen zoals bijvoorbeeld het gebruik van een parachute.” Langs de andere kant is er het ‘liability’-gedeelte, bij schade aan derden. Dat is meestal een vrij standaard premie.