Projectinformatie
Projecttype: VIS-Haalbaarheidsstudie
Project promotor: EUKA vzw (Wim Joachims), WTCB (Michael De Bouw)
Projectpartner beroepsfederatie: Confederatie Bouw Limburg
Projectpartners privé: BAM Contractors nv (Ludo Philtjens), Besix nv (Milan Reniers), Democo nv (Marcel Rood), DroneMatrix nv (Lander Vanwelkenhuyzen), Vinçotte ( ), Code Gorilla bvba (Bjorn Geuns)
Projectduur: 1 jaar
Samenvatting
De haalbaarheidsstudie zal alle aspecten van een ‘bouw-assistentie drone’ bestuderen om te weten of investeringen in een dergelijke drone de bouwsector en hun werfmanagement op een hoger niveau kunnen tillen.
Er zal bekeken worden wat de defnitie nu is van een ‘assistentie-drone’ voor de bouwsector. Deze drone zal alle werfpersoneel van dienst moeten kunnen zijn. Er zal dus onderzocht worden in hoeverre een dergelijke drone kan en moet omni-inzetbaar zijn? Vervolgens moet er bekeken worden welke taken dit personeel heeft en welk daarvan kunnen overgenomen/ondersteund worden door een drone.
Een dergelijke haalbaarheidsstudie kan een licht werpen op welke investeringen er nodig zijn en eventueel verschillende actoren in de bouwsector overtuigen om een innovatietraject inzake deze tool op te starten en hierin ook te willen investeren.
Kader
Drones beginnen vandaag al een grote rol in de bouwsector te spelen. Denk maar aan de eerste voorbeelden i.v.m. volumebepalingen, 3D-modellen maken van terreinen en gebouwen, inspecties op gebied van slijtage, isolatie, en noem maar op. Vandaar dat nieuwe en meer futuristische applicaties van drones daar wellicht sneller ingang zullen vinden en over een voldoende draagvlak kunnen beschikken om een verschil te maken op de werf.
Een inzicht verwerven in de kennis van bepaalde sectorspecifieke noden, technische mogelijkheden/beperkingen en het draagvlak voor peilen voor een dergelijke drone zijn daarna het meest aan de orde in de bouwsector.
Omdat we wellicht heel wat concrete toepassingen voor drones kunnen bedenken in de bouw, is het belangrijk om deze te toetsen aan een zekere haalbaarheid en noodzaak. Heeft de concrete toepassing een meerwaarde voor de werfprocessen? Kan de huidige technologie tegemoetkomen aan wat er verwacht wordt? Weegt de investering in een dergelijke werfdrone op tegen de (vermoedelijk) verhoogde efficiëntie?
Allemaal vragen die vervat dienen te worden in deze doorgedreven haalbaarheidsstudie. Deze kennisinzichten kunnen de bouwsector in staat stellen hun werfgerelateerde processen te optimaliseren al dan niet door het gebruik van drones in de bestaande workflows.
Doelstelling
Alle bouwbedrijven zullen een voordeel hebben indien een drone kan ingeschakeld worden op een werf ter ondersteuning van het personeel dat daar actief is. Er is dus een duidelijk collectief doel.
In eerste instantie zal de investeringskost en de initiële implementatie gebeuren door innovatiegerichte bedrijven die een dergelijke ontwikkeling ook financieel kunnen dragen. Maar gezien de relatief lage kost voor dronetechnologie vandaag (in een jonge markt) willen we in deze haalbaarheidsstudie ook aantonen dat na een initieel korte pioniersperiode, de technologie van een drone als bouwhulpmiddel vrij snel en gemakkelijk toegankelijk zal zijn voor kleinere bouwbedrijven en kmo’s. Zij zullen hun bedrijfsprocessen kunnen vereenvoudigen en hun voordeel kunnen halen uit de economische en efficiëntie-winst die een dergelijke drone naar alle waarschijnlijkheid met zich meebrengt.
Het directe resultaat van deze studie is dus dat concreet zal aangetoond worden waar de ontwikkeling van een drone als hulpmiddel op de werf een economisch voordeel kan bieden aan de gebruiker door tegelijk de logistieke processen te optimaliseren en de algemene efficiëntie op de werf te verhogen.
Dit kunnen aantonen met relevant cijfermateriaal gekoppeld aan een technische haalbaarheid, zal als gevolg hebben dat een aantal bouwbedrijven (die ook al investeren –inhoudelijk en/of financieel in deze studie) onmiddellijk bereid zullen zijn mee te stappen in een innovatietraject om een dergelijke drone te ontwikkelen binnen één van de voorgestelde business cases.
Werkwijze
De basis van deze studie is een antwoord geven op vragen die het toelaten met kennis van zaken beslissingen te maken over investeringen in zinvolle innovatietrajecten.
Om dit concreet te maken definieerden we 5 business cases:
- Drones als transportmiddel op de werf,
- Drones als inventaris-instrument op de werf,
- Inspecties indoor en outdoor met een drone,
- Spuitacties op de werf met een drone,
- Bewaking/beveiliging van een werf met een drone.
Elke case zal verdeeld worden in drie grote fasen: inventarisatie, detectie van technologie-hiaten en innovatiedrempels en tot slot het formuleren van concrete innovatietrajecten.
Binnen deze cases gaan we op zoek naar het antwoord op een achttal grote vragen, die tegelijk de criteria zullen definiëren waarop een vervolgtraject zal gebaseerd worden.
Deze vervolgtrajecten vloeien verder uit de vijf business cases. De basiscriteria zijn steeds de volgende: kan er een betaalbare oplossing in de markt gezet worden na de investeringskosten in een innovatietraject? En biedt die oplossing dan ook daadwerkelijk een efficiëntie-winst en economisch voordeel op bij gebruik?
Je titel komt hier
Your content goes here. Edit or remove this text inline or in the module Content settings. You can also style every aspect of this content in the module Design settings and even apply custom CSS to this text in the module Advanced settings.
Business case 1: Drones als transportmiddel op de werf
Een drone die de werflogistiek kan ondersteunen. Het brengen van een vergeten hamer, het heffen van een zak cement, of het opvolgen van de constructie. Een drone kan sneller, efficiënter, en goedkoper werken. Toch zijn er nog heel wat uitdagingen vooraleer deze visie werkelijkheid wordt.
De bestaande mogelijkheden van een drone in een werfomgeving moeten in kaart gebracht worden. De studie moet ook de specifieke technieken die een drone moet beheersen oplijsten. Daarnaast zullen er nog heel wat verbeteringen aan de bestaande technologie gebracht moeten worden. De feedback van de bouwsector is hierbij onmisbaar.
Op basis van de antwoorden op bovenstaande problemen en vraagstukken zal er een innovatietraject uitgeschreven worden. Dit traject probeert de werfdrone tot realiteit te maken.
Business case 2: Drones als inventaris-instrument op de werf
Het snel overvliegen van een werf is één zaak. Obstakels ontwijken is andere koek. Komt daar nog eens bij dat de drone een opdracht moet uitvoeren, en we zitten meteen aan een ingewikkelde puzzel die heel wat denkwerk en rekenkracht vergt. Dit project kijkt hoe drones ingezet kunnen worden om de beschikbare materialen op een werf te herkennen, in te scannen, en te inventariseren.
Maar hoe kan een drone zijn weg vinden op een steeds veranderende werkplek? En wat kan hij nu precies registeren? Is de aanwezigheid van een piloot nodig, of eerder bijzaak? Deze vragen zullen opgelost moeten worden vooraleer een inventarisdrone inzetbaar kan zijn op de werf.
Business case 3: Inspecties indoor en outdoor met een drone
Met behulp van een drone grote technische installaties van dichtbij of veraf inspecteren. De haalbaarheidsstudie onderzoekt wat de voorwaarden zijn om succesvol een drone in te zetten bij dergelijke inspecties. Ook indoor inspecties worden onderzocht. Het consortium houdt rekening met de wetgeving, en stelt zich de vraag of een dergelijke drone aan een standaardkeuring onderworpen moet worden.
Op basis van de bevindingen zal er een innovatietraject uitgeschreven worden die deze business case centraal stelt.
Business case 4: Spuitacties op de werf met een drone
De verfdrone wil een platform bieden om snel en efficiënt op moeilijk toegankelijke plekken een vloeistof of verf aan te brengen. Dit moet leiden tot een grote economische return. De moeilijkheden liggen vooral bij de sense & avoid technologie, en hoe de drone stabiel genoeg kan blijven om gelijkmatig te spuiten.
Business case 5: Bewaking & beveiliging van een werf met een drone
Net zoals de bewaking van grote bedrijfsterreinen, is ook de beveiliging van een werf prioritair. De kostbare ruwe materialen, maar ook grote machines en dure elektrische apparaten zijn een geliefd doelwit van dieven. Een efficiënte, automatische, en goedkope manier om deze investeringen te bewaken, is dan ook meer dan welkom.
Conclusies
De studie maakt duidelijk dat al deze trajecten pas echt kans maken op slagen zodra een aantal randvoorwaarden vervuld zijn. Zo dient artificiële intelligentie (AI) en machine learning duidelijk verder geïntegreerd te worden in (a) de drones om slim te kunnen omgaan met continu veranderende omgevingen zoals bouwwerven en (b) de verwerking van de gegenereerde gegevens om de nuttige gegevens (half-) automatisch uit de modellen en beelden te halen.
Ook de aandrijving van de drones dient verder geoptimaliseerd te worden om langere vluchten te kunnen uitvoeren. Tot slot – maar misschien wel de belangrijkste randvoorwaarde – dient ook de wetgeving en wetgever mee te gaan in het verhaal van autonome en BVLOS-vluchten. Op dit moment zijn dergelijke autonome vluchten niet toegelaten, hetgeen een belangrijke beperkende factor vormt voor de uitrol en integratie van drones in de bouwsector. Pas als autonome en BVLOS-vluchten toegelaten worden, zullen drones echt op grote schaal en op een financieel rendabele manier in de bouwsector ingezet kunnen worden.
Gelukkig lijkt de nakende Europese wetgeving hier openingen te laten. De kennis is ook in België aanwezig, zowel in de bouw- als in de dronesector, om deze zaken aan te pakken en efficiënte oplossingen te creëren. Het zal echter aan de Belgische wetgever zijn om deze opportuniteiten ook echt te grijpen en België zo via toepassingen in de bouwsector een ware voortrekker van de Europese drone-industrie te maken.
U kan de volledige publicatie downloaden op de website van EUKA of via https://euka.org/publicaties/