Bij EUKA krijgen we regelmatig vragen van onze leden over wat nu mag en niet mag met drones in het Belgische luchtruim. De wetgeving daarover kan je alvast hier samengebald lezen. Toch is er nog heel wat ruimte voor interpretatie en zorgt voor onduidelijkheid. We trachten via deze website wat duidelijkheid te scheppen.
Een veel terugkerende vraag is de volgende:
“Wat ik bizar vind, is dat er bij een notificatie voor 1a een onderscheid gemaakt wordt tussen quadcopters en de rest, terwijl ik daar in het koninklijk besluit niets van terugvind. Waarop is dit verschil gebaseerd?”
We legden de vraag voor aan een expert inzake wetgeving, Reinhard Wagemakers, tevens erkend examinator, die ons het volgende antwoord bezorgde:
“Er is bij notificatie 1a inderdaad een onderscheid m.b.t. het veiligheidsrisico. Klasse 1a vluchtuitvoering zal nooit worden goedgekeurd indien het een vlucht boven personen of dieren betreft. Het verschil is dus gebaseerd op de veiligheid. DGLV formuleert dat indien er bij een luchtuitvoering met een quadcopter één motor uitvalt, er dan sprake is van een ongeleid projectiel dat aanzienlijk gevaar kan teweegbrengen. In dergelijk geval stort een quadcopter namelijk onmiddellijk neer. Bij het homologeren van een hexa- of octocopter, wordt er steeds getest of het toestel met respectievelijk 5 of 7 motors stabiel in de lucht kan blijven en veilig aan de grond kan gezet worden.”
We verzamelen vragen en antwoorden zoals deze in een FAQ, die je kan raadplegen via deze link.